Onwettige adoptie (2020)

Context & Achtergrond

  • Een Nederlands echtpaar adopteerde een kind uit de Filipijnen via een informele, privébemiddeling — zonder tussenkomst van officiële instanties of erkenning volgens Nederlandse adoptiewetgeving.
  • Dit vormde een duidelijke overtreding van de regels voor internationale adoptie zoals opgenomen in het Burgerlijk Wetboek en de Wet op de Internationale Adoptie.
  • Kort daarna ontdekte de overheid de onregelmatigheden en startte juridische stappen om het kind onder toezicht te plaatsen en het adoptiegezin te ontbinden.

Uitspraak (Hoge Raad, 1 december 2000)

  • De adoptie was inderdaad in strijd met de Nederlandse regels.
  • Desondanks koos de rechter — Hoge Raad, 1 december 2000, ECLI:NL:PHR:2000:AA8715 — ervoor het kind niet terug te plaatsen in het land van herkomst of andere familie, vanwege de emotionele binding en weldadige omgeving bij het adoptiegezin.
  • De rechter oordeelde dat het belang van het kind centraal staat, en dat het doorbreken van diepgewortelde emotionele banden zwaarder weegt dan de overtreding van adoptiewetgeving.

Belang van deze zaak

  • Primair belang van het kind: De uitspraak bevestigt dat het juridische systeem het emotionele welzijn van het kind zwaar laat wegen, zelfs boven formele overtredingen.
  • Discretieruimte voor rechters: In uitzonderlijke situaties mag een rechter afwijken van de regel dat de wet strikt gevolgd moet worden, mits dit in het belang van het kind is.
  • Internationale adoptie onder toezicht: De zaak benadrukt het belang van correcte procedures bij internationale adopties, maar erkent dat juridische regels niet altijd het welzijn van het kind het beste dienen.