De zaak over de zwerfkattenvoerende buurvrouw

(rechtbank Utrecht, 2019)

Achtergrond

In een woonwijk ontstond een conflict tussen twee buren doordat de ene buurvrouw regelmatig zwerfkatten voerde in haar tuin. Deze katten verbleven ook vaak in de tuin van haar buurman, die last had van de dieren: zijn eigen katten werden agressief, er ontstond overlast door kattenpoep en beschadiging van planten en tuinmeubilair.

De buurman eiste dat de buurvrouw zou stoppen met het voeren van de zwerfkatten en stelde haar aansprakelijk voor de geleden schade en overlast.

Juridische discussie

  • De buurvrouw stelde dat het voeren van zwerfkatten niet verboden is en dat zij geen eigenaar van de katten is.
  • De buurman voerde aan dat het voeren indirect leidde tot overlast en schade op zijn eigendom.
  • De vraag was of dit grond was voor een onrechtmatige daad op grond van het burenrecht (BW 5:37 e.v.).

Uitspraak

De rechter oordeelde dat:

  • Het voeren van zwerfkatten in deze situatie onrechtmatig was, omdat het voor duidelijke en aanhoudende overlast zorgde bij de buurman.
  • De buurvrouw had een zorgplicht om overlast te voorkomen, ook al voerde ze alleen de dieren en waren deze niet haar eigendom.
  • Er werd een verbod opgelegd om de katten nog langer te voeren op een manier die overlast veroorzaakte.
  • De buurvrouw moest een schadevergoeding betalen voor de aantasting van de tuin en de overlast.

Impact

Deze zaak laat zien dat:

  • Het voeren van dieren geen vrijbrief is om overlast te veroorzaken.
  • Burenrecht ook indirecte handelingen die schade veroorzaken kan aanpakken.
  • De zorgplicht in de privĂ©sfeer breder kan zijn dan men verwacht.