Datum & Plaats
Rechtbank Noord-Holland, 6 mei 2024 (ECLI:NL:RBNHO:2024:8684)
Achtergrond
Een werknemer bij een leverworstenfabriek werd ontslagen wegens vermeende diefstal: hij had leverworsten meegenomen zonder te betalen. Hij betwistte dat: wat hij deed was gebruikmaken van het “worstengeld” of het meenemen van onverkoopbare worsten uit een krat bij de uitgang — zoals al jaren in het bedrijf gebruikelijk was.
Uitspraak
De rechter stelde vast dat het meenemen van worsten zonder te betalen toegejuicht en toegestaan was in de onderneming. Het ontslag werd onterecht verklaard. De werknemer kreeg naast transitievergoeding en schadevergoeding, een billijke vergoeding van maar liefst €150.000 toegekend.
Belang van de zaak
- Gebruiksgewoonte en bedrijfscultuur kunnen doorslaggevend zijn in interpretaties van “diepste overtredingen”.
- Een opmerkelijk voorbeeld hoe zelfs zaken als “worstengeld” kunnen leiden tot prestigieuze schadevergoedingen.

