De sollicitant die werd afgewezen wegens hoofddoek

Uitspraak door het College voor de Rechten van de Mens, gepubliceerd op 10 september 2018

Achtergrond

Een jonge vrouw solliciteerde op een functie bij een modewinkel. Ze werd uitgenodigd voor een gesprek en kreeg te horen dat ze was aangenomen, mits ze haar hoofddoek zou afdoen tijdens werkuren.

Toen ze dit weigerde, trok het bedrijf de aanbieding in. De vrouw stapte naar het College voor de Rechten van de Mens én naar de rechter.


Uitspraak

Het College én de rechter vonden dat:

  • De werkgever zich schuldig had gemaakt aan directe discriminatie op grond van religie,
  • De eis om een hoofddoek af te doen was niet objectief gerechtvaardigd,
  • Ook het argument dat het “bij de uitstraling van het merk hoorde” werd verworpen.

De sollicitant kreeg een schadevergoeding en het bedrijf werd formeel berispt.


Belang van deze zaak

  • Sollicitatiegesprekken vallen óók onder het discriminatieverbod,
  • Religieuze uitingen, zoals het dragen van een hoofddoek, zijn grondwettelijk beschermd,
  • Werkgevers moeten goed opletten bij kledingvoorschriften en uiterlijke normen: die moeten functioneel én objectief verdedigbaar zijn.

Conclusie
Deze drie zaken maken duidelijk dat werkgevers niet boven de wet staan — of het nu gaat om zwangerschap, ziekte of religieuze uitingen. In al deze gevallen geldt:

Als een werkgever discrimineert of regels overtreedt, kan dat leiden tot herstel van dienstverband, loondoorbetaling, boetes en reputatieschade.