Uitspraak: Kifid (Klachteninstituut Financiële Dienstverlening), 2020
Schadevergoeding: ruim €350.000 voor één ondernemer — duizenden andere claims volgden
De zaak in het kort:
In de jaren 2005–2010 verkochten grote banken (waaronder ABN AMRO, ING en Rabobank) aan veel mkb-ondernemers rentederivaten (“renteswaps”) als “bescherming tegen rentestijgingen”. In werkelijkheid bleken deze producten complex, risicovol en in veel gevallen ongeschikt voor de ondernemers aan wie ze verkocht werden.
Een ondernemer spande een zaak aan tegen de bank omdat hij door zo’n derivaat in financiële problemen raakte:
- Zijn rente bleek niet stabiel, maar juist veel hogere kosten met zich mee te brengen
- Hij zat jarenlang vast aan een verlieslatend contract zonder dat hij de risico’s begreep
Uitkomst: De bank moet meer dan €350.000 vergoeden
Kifid oordeelde dat de bank:
- Tekortgeschoten was in haar zorgplicht
- De klant niet voldoende had geïnformeerd over de risico’s
- Had gehandeld op een manier die niet paste bij het kennisniveau en belang van de klant
Het gevolg: de bank moest de geleden schade én gemiste kansen volledig vergoeden.
Waarom bijzonder:
- Dit was een individuele zaak, maar leidde tot een bredere schokgolf: duizenden ondernemers bleken soortgelijke renteswaps te hebben afgesloten zonder goed geïnformeerd te zijn.
- Uiteindelijk moesten Nederlandse banken miljoenen euro’s aan compensatie uitkeren in wat het ministerie van Financiën “een systemisch probleem” noemde.
- De zaak liet zien dat banken hun rol als adviesverlener niet mogen misbruiken om producten te verkopen die vooral hun eigen belang dienen.
Context:
Na deze zaak richtte de overheid het Herstelkader Rentederivaten MKB op, waarin banken tot €1,5 miljard aan schadevergoeding uitkeerden aan duizenden ondernemers. Maar het begon bij een aantal vasthoudende kleine ondernemers die hun individuele zaak wonnen.

